Hoe “virtual medicine & patient centered care” in de VS tot voorbeeld voor Nederland kunnen zijn
Miriam de Kleijn is huisarts-epidemioloog en adviseur. Zij woont een half jaar in de Verenigde Staten waar ze als ‘visiting researcher’ is verbonden aan de RAND Corporation (www.rand.org) in Santa Monica (CA, Verenigde Staten). http://www.pink-fox.nl
De VS en zorg: geen gelukkige combi
Met de gezondheidszorg in de Verenigde Staten (VS) is iets geks aan de hand. Bij vergelijkingen over de kwaliteit van zorg en de kosten komt de VS vaak als ‘slecht’ uit de bus. Zoals in een publicatie uit 2009 van het Commonwealth Fund waarin de eerstelijnszorg van 11 landen wordt vergeleken. Belangrijkste conclusie: de VS ligt ver achter als het gaat om toegang tot zorg, belonen van kwaliteit van zorg en het gebruik van een EPD (elektronisch patiënten dossier).
Of toch?
Tegelijkertijd zijn er in de VS prachtige voorbeelden te vinden van innovatieve eerstelijnszorg. Recent sprak ik Robert Reid, werkzaam als huisarts-onderzoeker bij de Group Health Cooperative (GHC) in Seattle. Zoals de naam al doet vermoeden is de GHC een ‘consumer-governed’ (door consumenten gerunde) non-profit gezondheidszorgorganisatie die zowel zorg verzekert als aanbiedt aan 600.000 patiënten. De organisatie biedt plek aan 26 ‘primary care centers’ (eerstelijnscentra), 6 specialistische units (poliklinieken) en 1 ziekenhuis. Daarnaast heeft GHC contracten met ‘preferred providers’, meer dan 500 specialisten die in verschillende ziekenhuizen werken. Aan het GHC is ook een onderzoeksinstituut verbonden waar 60 onderzoekers werken.
Meer huisarts per patiënt dan in Nederland
De ‘Primary care’ is het hart van de gezondheidszorgorganisatie. Elke full time dokter heeft de zorg voor gemiddeld 1800 patiënten (In Nederland is 2350 patiënten de norm). Virtual medicine, waarbij zoveel mogelijk afspraken worden vervangen door telefoontjes en email contact, zorgt ervoor dat de dokters voor minimaal de helft van de dag bezig zijn met ‘bureau-geneeskunde (desktopmedicine)’. Als het echt nodig is om een patiënt te zien, dan is er voldoende tijd voor ingeruimd: 30 minuten per afspraak. De patiënt kan via haar mobieltje met de App van GHC een afspraak maken, een email sturen, haar dossier inkijken, de wachttijd in de apotheek of het lab zien; haar symptomen checken en de verpleegkundige e-mailen of bellen voor direct advies, 24×7 uur.
Proactieve huisartsen
Een belangrijk aspect van de innovatieve zorg is het proactieve karakter ervan. Naast het protocollair behandelen van patiënten met chronische aandoeningen zoals diabetes mellitus, hart-en vaatziekten en COPD, worden spreekuren standaard voorbereid door een ‘pre-visit chart review’. Het elektronische dossier wordt doorgenomen, en indien nodig worden er diagnostische tests ingepland voor de afspraak. Een ander proactief element in de zorg is de ‘patiënt outreach’ : alle patiënten die onverwacht in het ziekenhuis zijn geweest worden benaderd door de praktijk. Wat was de reden voor de opname, hoe gaat het na thuiskomst, moet er actie worden ondernomen om een heropname te voorkomen.
Elke ochtend begint men in de praktijk met een ‘teamhuddle’ , een korte bijeenkomst van het team waar informatie wordt gedeeld en ruimte is voor vragen en waar de planning van die dag wordt doorgenomen, en er zonodig nieuwe plekken gecreëerd en afspraken worden omgezet in email of telefonisch contacten.
Lucratieve cultuuromslag
GHC werkte niet altijd op deze manier. Elf jaar geleden stonden ze aan de rand van een faillissement en besloten het roer drastisch om te gooien. Stap voor stap werden bovenstaande innovaties ingevoerd, ondersteund door veranderingen in het management, het aantal stafleden en de beloning (value based payment incentives, een pay for performance systeem). Essentieel was ook het gebruik van een uitstekend EPD (ERIC) dat de geprotocolleerde chronische patiëntenzorg en preventie ondersteunt. Daarnaast werd gebruik gemaakt van ‘lean’ technieken op de werkvloer om veranderingen door te voeren. Lean-management is een managementfilosofie, ontleend aan Toyota, die erop gericht is om verspillingen, zaken die geen toegevoegde waarde leveren, te elimineren.
De patiënten staan echt centraal in deze organisatie, ze zijn eigenaar van de coöperatie, er wordt veel gewerkt met patiënt-focusgroepen, en patiënten helpen bij het toepassen van de lean-management technieken.
Het faillissement werd afgewend, elke geïnvesteerde dollar leverde 1.5 dollar aan inkomsten op. Dat geld wordt weer geïnvesteerd in innovatieve zorg, het gaat hier immers om een non-profit coöperatie.
Lessen voor Nederland
De 7 lessen van GHC
- Transformation is difficult and long-term
- Local leadership and management is important
- Remember patient centeredness: the patient perspective is the easiest to lose!
- Measurement matters: aim to use measures to guide daily work
- Sequence the changes: first changes needed to create capacity for additional tasks
- Optimize team roles (nurses do transition and acute crisis management)
- Spreading and sustaining change (use spread ambassadors).
Mijn 7 lessen voor de Nederlandse huisarts:
- Het EPD is belangrijk voor de ontschotting van de zorg
- Wees proactief: spreekuren voorbereiden, contact opnemen met patiënten na ziekenhuisopname
- Investeer in e-health, maak optimaal gebruik van e-consultatie
- Betrek patiënten bij de gang van zaken in de praktijk, leer van hun feedback
- Populatiebekostiging kan met 1800 patiënten normpraktijk, consultduur 30 min
- Zorg lever je met een team!
- Elke crisis biedt een kans: durf te investeren in tijden van bezuinigingen!
Meer weten over GHC?
http://www.nejm.org/doi/full/10.1056/NEJMp0909021
Patient-centered medical home demonstration: a prospective, quasi-experimental, before and after evaluation. Reid RJ, Fishman PA, Yu O, Ross TR, Tufano JT, Soman MP, Larson EB.Am J Manag Care. 2009 Sep 1;15(9):e71-87.
The group health medical home at year two: cost savings, higher patient satisfaction, and less burnout for providers. Reid RJ, Coleman K, Johnson EA, Fishman PA, Hsu C, Soman MP, Trescott CE, Erikson M, Larson EB. Health Aff (Millwood). 2010 May;29(5):835-43.